‘DAT HEEFT EEN HOND ME NOG NOOIT GEFLIKT’

‘DAT HEEFT EEN HOND ME NOG NOOIT GEFLIKT’

 

Rimpels werk je weg met een sterk hydraterende crème met pro retinol A. Roestbruine tanden? Geen probleem, een tandgel met fluoride en calcium doet wonderen. Last van roos, dorre, droge of grijze haren? Ook geen punt. Neem gewoon een shampoo met een berg betaïne en proteïne, was de ene helft met de proteïne en de andere helft met de betaïne en u bent van al uw problemen verlost. Maandelijkse ongemakjes van vrouwelijke aard? Hosanna! Ultra-zus en absorberende-zo noodverbandjes, ook te gebruiken bij incontinentie waaraan, wanneer ik de STER moet geloven, half Nederland lijdt, liggen voor te verwaarlozen bedragen in de rekken van alle supermarkten. Te dik? U heeft wel een probleem. Dieet margarines met een laag cholesterolgehalte en een smak onverzadigde amino-, vet-, en melkzuren baten doorgaans weinig. Helaas, armen en benen moeten uit mouwen en pijpen gestoken worden. Hijgen en zweten liggen aan een wespentaille ten grondslag. Slechts callenatics, aerobics, aquarobics of een andere nieuwerwetse volksziekte staan garant voor slankheid. En minder eten natuurlijk. Wat echter te doen wanneer al deze mogelijkheden niet tot je beschikking staan domweg vanwege het gegeven dat je een hond bent.

Mijn hond Vinnie is te dik. De hele winter heeft ze zich tegoed gedaan aan zuurkool met worst, stamppot met spek en erwtensoep. Het voorgerecht bestond meestal uit een krab- of garnalencocktail met een dressing op basis van mayonaise en het toetje uit een mousse van vruchten met een scheutje advocaat of een bavarois met lichtgezoete slagroom. Ze moet dus op dieet, dat is me wel duidelijk. Bovendien beweegt ze voor geen meter. Meestal ligt ze op de bank te maffen en een oogopslag is voor haar al een zware fysieke inspanning. Om al haar vetlaagjes als sneeuw voor de zon te doen verdwijnen heeft ze lichaamsbeweging nodig. Een behendigheidscursus lijkt me wel wat voor haar en bij De Papenheuvel in Afferden zijn we welkom. Sinds een jaar of vijf runnen Arie en Marie-José Rutten er een hondenpension en -school. Ik heb Vito, de reu, ook meegenomen en deze heft bij wijze van kennismaking zijn poot op en plast vrolijk de jeans van Marie-José vol. Verbouwereerd kijkt ze naar haar besmeurde broek: “Dat heeft me nog nooit een hond geflikt”, kettert ze terwijl omstanders breed grijnzend de ludieke actie van Vito weten te waarderen. Het terrein waarover De Papenheuvel beschikt is immens. Toch is Marie-José verre van tevreden over de accommodatie: “We zijn in afwachting van een bouwvergunning, het is nu nog behelpen met een tweetal caravans maar aan het eind van dit jaar hopen we de bouw van een clublokaal gerealiseerd te hebben.” Papenheuvel wordt niet door de Raad van Beheer erkend maar daar heeft ze geen enkele moeite mee want de school pretendeert de ‘Martin Gaus-methode’ te hanteren. De methode blijkt bijzonder effectief hoewel ze afwijkt van de door kynologische verenigingen gepropagandeerde methodes. We hebben ons aangesloten bij een overkoepelende federatie die andere maatstaven hanteert.”

Trivialiteiten
Schuimbekkend staar ik intussen naar het terrein waar de hindenissen opgesteld staan en waar baasjes en honden zich verlustigen aan energieverslindende activiteiten. Ook Vinnie staat inmiddels te schuimbekken maar dat wordt veroorzaakt door de koekjes die op tafel liggen. doberman pinchers, border collies, Jack Russells en bouviers scharrelen met wisselend succes door tunnels en over bruggetjes. Zonder al te hoge verwachtingen tracht ik Vinnie te bewegen een der hindernissen te nemen en zie, zonder probleem loopt ze het houterige ding op om er vervolgens geroutineerd weer vanaf te dalen. Vito heeft geen tijd om zich met dergelijke trivialiteiten bezig te houden. Hij uit zijn dominantie door zijn territorium af te bakenen middels een plas tegen alles wat ook maar enkele centimeters boven het daar geldende Amsterdamsche Peil uitstijgt. Geen tijd om over een hindernis te springen. Het gaat er allemaal nogal traag aan toe. Het heeft alles te maken met het feit dat mijn hond kennis moet maken met de te nemen hindernissen. “Elke hond kan aan een behendigheidscursus deelnemen”, vertelt instructeur en naamgenoot Rob. “Natuurlijk spelen karakter en aanleg een belangrijke rol maar in principe is elke hond geschikt. Het is natuurlijk ook een kwestie van vertrouwen schenken aan de viervoeter, Kijk, wanneer de hond de eerste keer over de brug gemanoeuvreerd wordt en hij dondert er vanaf, is het afgelopen. Het vertrouwen in de baas is geschaad. Het is dus oppassen geblazen. Het gaat erom dat hond en baas plezier beleven aan de cursus.” Ik moet eerlijk toegeven dat ik blij ben dat ik me vandaag niet al te zeer heb hoeven inspannen. Vinnie is weliswaar wat te dik maar dat betekent nog niet dat ik daarvoor moet boeten. Ik word namelijk niet geteisterd door overbodige vetrolletjes, ik heb slechts last van rimpels, roos, puistjes en roestbruine tanden en voor deze kleine ongemakjes kan ik bij de supermarkt terecht. Maandelijkse, vrouwelijke ongemakjes? Daar zit ik gelukkig niet mee opgescheept. (loupatty.nl)