‘DE BALLEN VLOGEN ME OM DE OREN’
Hockey. U kent de sport ongetwijfeld. Je over een soppig kunstgrasveld wezenloos rennen met een stuk hout. Je loopt zo krom als een angel en met een beetje geluk heb je op je 25ste een gezellige hernia opgelopen. Vroeger dacht ik dat hockey een van de sporten was die je beoefende wanneer je te houterig was om te kunnen voetballen. Op die mening ben ik echter teruggekomen nadat ik vrij spoedig bemerkte dat ik ongeveer evenveel voetbalkwaliteiten bezat als Erica Terpstra met een longontsteking, een zwaar beschadigde meniscus en wat jicht, reuma en spit.
Toch heb ik me in eerste instantie niet opgegeven als lid van VHC, een gelouterde hockeyclub uit Venlo. Nee, ik ben zo slim geweest om me bij een cafévoetbalelftal aan te sluiten en me wekelijks door nog grotere houten Klazen dan ik, helemaal lam te laten schoppen. Dat was nog eens genieten. Aanvankelijk probeerde ik het als voetballer maar mijn talentloze gescharrel wekte bij mijn teamgenoten de nodige irritatie en al snel posteerden ze me ten einde raad in het doel. Zo nu en dan was ik wel eens een sta-in-de-weg voor de tegen¬stander doordat ze de bal mokerhard op mijn gezicht of in mijn kruis joegen maar het merendeel der ballen vloog toch tegen het net. De tijd was rijp om uit te zien naar een andere sport. Ik herinnerde me plotseling dat keepers in de hockeysport het een stuk gemakkelijker hebben dan hun collegae in de voetbalsport. Immers, de goal is veel kleiner en de doelman is zo stevig ingepakt dat het bijna onmogelijk lijkt dat er een bal de keeper passeert. Op naar de Herungerberg dus, waar de Venlose hockeyclub VHC, u raadt het al, de letters staan voor Door Wilskracht Sterk, haar domicilie heeft.
Drama
Keeper Elmar van Herwaarden van de A1-jeugd staat al klaar met een berg troep dat achteraf een keeperoutfit blijkt te zijn. Ik ga vandaag mezelf testen, ik vermoed dat mijn talenten als keeper van een hockeyteam toch beter uit de verf zullen komen. Marc Routs, aanvoer¬der van het eerste herenteam en coach van de A1, zal het een en ander toelichten en Jochem Beurskens, speler van de C1, zal straks verwoede maar wat mij betreft vruchteloze pogingen ondernemen om me te passeren. Maar eerst even de plunje van Elmar aantrekken. Klompen, legguards, een bodyprotector, ja zelfs een tok en andere ondefinieerbare onderdelen worden op slinkse wijze door Elmar op of aan mijn lijf bevestigd. Een ware worstelpartij die uiteindelijk resulteert in een plompe, onhandige en onwennige verschijning, gehuld in een harnas waarop Ivanhoe, sir Lancelot en zelfs Don Quichotte jaloers zouden zijn. Slechts strijdros en lans ontbreken. Het op handen zijnde drama begint zich af te tekenen wanneer ik alsnog een lans, in de vorm van een hockeystick,in mijn handen geduwd krijg en ik met vallen en opstaan de goal bereik. Ik bespaar U de beschamende details, kort samengevat komt het erop neer dat Jochem Beurskens me een keer of 34 passeerde. De ballen vlogen onder me door, over me heen en ik moest machteloos toezien hoe de ballen me zowel rechts als links om de oren vlogen voordat ik ook maar een poot kon opsteken. Ik had zelfs niet het geluk dat hij een bal in mijn tok mepte. Teleurgesteld neem ik een half uurtje later plaats in de dug-out van waaruit Marc Routs zijn mannen naar een aansprekend resultaat wil coachen tijdens de wedstrijd van VHC A1 tegen het Helmondse HUAC.
Schaakclub
“Ik ben vrij rustig als coach”, meent Marc, “de jongens zijn zeer zelfstandig en ze kennen hun verantwoordelijkheden.” Er klinkt een fluitsignaal ten teken dat de partij begint en onmiddellijk springt Marc van de bank op en schreeuwt zijn spelers toe. “Kruip achter je man, aansluiten”, zijn enkele onbegrijpelijke kreten die hij slaakt. Ongedurig drentelt hij langs de zijlijn op en neer, voortdurend aanwijzingen gevend. Kwaad wanneer zijn instructies niet opgevolgd worden, blij met een goede individuele actie van een van zijn spelers. Een der houthakkers van HUAC krijgt een bal tegen zijn onbeschermde scheenbeen. “Au”, gilt hij, “watje”, repliceert een speler van VHC die naast me in de dug-out zit. Brutaal nemen de Helmondenaren een 0-1 voorsprong maar luid tierend en vloekend zetten de VHC’ers nog eens de schouders onder het karwei en tenslotte weet de equipe van Marc Routs het duel in een 3-1 winst om te zetten. Marc die vier jaar geleden de overstap van Blerick naar VHC maakte is van huis uit hockeyer in hart en nieren. Toch kan het voetbal hem ook bekoren, sterker nog, hij verblijdt menig Koelbezoeker met artikelen van zijn hand in de Sloef, het hoogwaardige stukje literatuur dat bij elke thuiswedstrijd van VVV de bezoekers wordt aangeboden. Tot slot nog de brandende vraag of hockey nog steeds elitair is. “Och, eigenlijk niet”, weet Marc te melden, “soms wel, soms niet, ik weet het niet zeker. Het houdt een beetje het midden tussen voetbal en golf. Misschien in het westen van het land wat meer dan hier. Momenteel dreig ik spelers kwijt te raken doordat ze elders gaan studeren maar of dat met afkomst te maken heeft, ik weet het niet.” Het is inmiddels koud geworden en Ralph, Diederik, Rutger, Floris en Ollie staan al lang en breed onder de douche…en ik, eenvoudige Rob? Ik ga mijn licht eens bij de Venlose schaakclub opsteken. (loupatty.nl)